Jeruzalem, 12 jan. De Amerikaanse president George W. Bush heeft gisteren tijdens zijn bezoek aan Israël gezegd dat de Amerikanen in de Tweede Wereldoorlog het concentratiekamp Auschwitz hadden moeten bombarderen om een eind te maken aan de jodenvernietiging daar.
Dit heeft directeur Avner Shalev van Yad Vashem, het Israëlische instituut voor de herdenking van de jodenvervolging, gezegd na afloop van het bezoek dat Bush gisteren aan zijn instituut bracht.
Volgens Shalev ontspon er zich tijdens de rondleiding een discussie over de vraag of de geallieerden meer hadden kunnen doen. Nadat overwegingen vóór en tegen waren gewisseld, zou Bush gezegd hebben: „We hadden het moeten bombarderen”.
De vooraanstaande Israëlische holocaustexpert Tom Segev zei in een reactie dat het de eerste keer was dat een Amerikaanse president zich in deze zin had uitgelaten over het dilemma waar hun voorganger Franklin D. Roosevelt voor stond. „Het is mogelijk dat het bombarderen van ten minste de spoorlijnen naar de kampen de levens van de Hongaarse joden zou hebben gered. Zij waren de laatsten die naar Auschwitz werden gedeporteerd, op een moment dat iedereen wist wat er gaande was”, aldus Shalev.
Bush sloot gisteren zijn driedaagse bezoek aan Israël en de Westelijke Jordaanoever af en vloog vervolgens naar Koeweit. Ook doet bij Bahrein, de Verenigde Arabische Emiraten, Saoedi-Arabië en Egypte nog aan, voordat hij donderdag terugkeert naar Washington.
