Nieuwsbrief
Artikelen
Prikbord
Help ons
Petitie


NRC-Handelsblad
www.nrc.nl - zondag 1 juli 2007

Amsterdam verliest rechtszaak om kunstwerken
Door onze redacteur Lien Heijting

Zelfportet van Malevitsj
achtergrond
Sommige claims verjaren niet

Amsterdam, 29 juni. De gemeente Amsterdam heeft een belangrijke nederlaag geleden in het conflict met de erfgenamen van de Russische schilder Kazimir Malevitsj (1879-1935). In de rechtszaak die de erfgenamen in 2004 in Washington tegen de gemeente hebben aangespannen zijn alle bezwaren afgewezen die de gemeente de afgelopen drie jaar heeft ingebracht tegen de behandeling van deze zaak. De erfgenamen eisen 14 kunstwerken van Malevitsj op en willen een schadevergoeding van de gemeente.

Sinds 1994 woedt er een strijd tussen erfgenamen en musea over het eigendom van werken van de Russische schilder Kazimir Malevitsj (1879-1935). Het gaat om schilderijen en tekeningen die Malevitsj in 1927 achterliet in Berlijn toen hij plotseling moest terugkeren naar de Sovjet-Unie. Het Amerikaanse Busch-Reisinger Museum gaf een tekening en een schilderij terug aan Malevitsj' erfgenamen. Het New Yorkse Museum of Modern Art (MoMa) besloot de aanspraken van de erfgenamen op de werken van Malevitsj, die het museum al sinds 1935 in de collectie heeft, eveneens te erkennen.

De uitspraak van de federale rechtbank in Washington DC betekent dat de rechter, Rosemary Collyer, zichzelf bevoegd acht om de claim van de erven Malevitsj integraal te beoordelen. In haar uitspraak overweegt zij dat de manier waarop de Malevitsjcollectie van het Stedelijk Museum in 1958 door de gemeente Amsterdam werd verworven, mogelijk een schending inhoudt van het internationaal recht. Vanwege de verjaring kan de Nederlandse rechter hier niets meer aan doen. Dit is voor de Amerikaanse rechter een reden om de zaak nu in behandeling te nemen. Of de zaak ook in Amerika is verjaard, is volgens Collyer in dit stadium nog onduidelijk. Ze verwerpt ondermeer het argument van de gemeente Amsterdam dat de verwerving van de collectie een act of state, een staatshandeling, van Nederland was waarover de Amerikaanse rechter niet zou mogen oordelen.

De gemeente Amsterdam kan tot 27 juli tegen de uitspraak in beroep gaan.

Inzet van de procedure zijn 13 abstracte suprematistische schilderijen en een tekening van Malevitsj die begin 2004 door het Stedelijk waren uitgeleend voor een tentoonstelling in het Amerikaanse Houston. Op 9 januari 2004, vlak voor het eind van die expositie, stapten de erven-Malevitsj in Washington naar de rechter om deze werken op te eisen. De waarde van de 14 kunstwerken, die later in 2004 teruggingen naar Amsterdam, wordt geschat op 180 miljoen dollar. De werken maken deel uit van de Malevitsj-collectie die het Stedelijk Museum in 1958 aankocht van de Duitse architect Hugo Häring . De collectie omvat in totaal 67 kunstwerken van Malevitsj waaronder 29 schilderijen.

Volgens de aanklacht van de erfgenamen was die aankoop in 1958 onrechtmatig omdat Häring geen eigenaar was van de collectie, maar die slechts in bewaring had, en er dus niet over kon beschikken.

Malevitsj liet de collectie in 1927 achter in Berlijn omdat hij dacht daar hoopte terug te keren. Maar hij kreeg na 1927 geen toestemming meer de Sovjet-Unie te verlaten.

Al in de jaren zeventig heeft een inmiddels overleden kleindochter van Malevitsj haar aanspraken op de collectie in Nederland kenbaar gemaakt, maar de Nederlandse overheid ging hier niet op in. Na de val van de Sovjet-Unie, hervatten de erven Malevitsj hun pogingen de collectie terug te krijgen. In 2000 wendden zij zich direct tot de gemeente Amsterdam, die hun claim in 2001 afwees.

De gemeente Amsterdam heeft drie jaar lang voor de federale rechtbank in Washington DC moties ingediend tegen de behandeling van de zaak van de erven Malevitsj, die 14 kunstwerken opeisen uit de Malevitsjcollectie in het Stedelijk Museum. Nu die moties door de rechter zijn verworpen, gaat de rechtszaak in Washington, die in januari 2004 door de erven werd aangespannen, een nieuwe fase in.

De Nederlandse advocaat van de erven Malevitsj, Rob Polak van advocatenkantoor De Brauw, laat in een reactie op de uitspraak van de Amerikaanse rechter weten dat die van groot belang is: „De rechter kan nu eindelijk aan de beoordeling van de zaak zelf toekomen. De gemeente Amsterdam heeft zich daar drie jaar lang met formele bezwaren tegen verzet, maar zal nu met goede inhoudelijke argumenten moeten komen en die heeft ze niet.”

De gemeente Amsterdam zegt in een commentaar kennis te hebben genomen van de uitspraak en zich nog te beraden op eventuele volgende stappen. Of de gemeente in hoger beroep zal gaan is nog niet bekend. Het Stedelijk Museum wil geen reactie geven.

Intussen neemt de kritiek op de opstelling van de gemeente Amsterdam in deze zaak toe. Rudi Ekkart, directeur van het Rijksbureau voor Kunsthistorische Documentatie en ontwerper van het Nederlandse teruggavebeleid van oorlogskunst, zei onlangs in een interview in deze krant dat de overheid zich „op een loze manier” heeft afgemaakt van de claim op de Malevitsj-collectie. De jurist Mr. P. Sanders, die als adviseur van de toenmalige directeur van het Stedelijk Museum Willem Sandberg in 1958 nauw betrokken was bij de aankoop van de Malevitsj-collectie, liet in 2005 weten dat naar zijn mening de gemeente Amsterdam bereid moet zijn tot een schikking met de erfgenamen. Twee Amerikaanse musea – waaronder het NewYorkse Museum of Modern Art – die eveneens kunstwerken hadden verworven uit de Berlijnse collectie van Malevitsj, sloten in de jaren negentig overeenkomsten met de erfgenamen waarbij schilderijen werden teruggegeven.

copyright! © 2005 PCM Uitgevers B.V. NRC Handelsblad

Lezersreacties
Geef uw reactie

top