Aan de directie en het bestuur van Joods Maatschappelijk Werk
De Lairessestraat 145-147
1075 HJ Amsterdam
Geachte heer van den Bergh / Vuijsje,
Naar aanleiding van uw brief d.d. 29 augustus 2005 aan wezenorganisaties in Israël graag het volgende:
Voorzover mij bekend, stond ik na de oorlog als minderjarige joodse
oorlogswees onder de voogdij of toeziende voogdij van Le-Ezrath
Ha-Jeled, of een van de andere joodse voogdij-organisatie.
Naar ik begrepen heb uit recente pubicaties hadden deze instellingen de
taak mijn vermogen of het vermogen dat ik van mijn vermoorde ouders en
andere familieleden erfde, op te sporen en te beheren, dan wel waren zij
als toeziend voogd daarvoor mede verantwoordelijk.
Graag verneem ik van u of ik inderdaad onder voogdij of toeziende
voogdij stond van een van de joodse voogdij-instellingen, dan wel of mijn
voogden de taak om mijn financiën te beheren aan u hadden overgedragen.
Ik ontvang graag een afschrift van mijn financiële dossier, met een
overzicht van alle inkomsten en uitgaven die er voor mij als
minderjarige oorlogswees zijn gedaan, en van de eindafrekening die u mij
bij meerderjarigheid (destijds 21 jaar) hebt moeten overleggen, evenals
de ondertekende verklaringen dat ik met deze afrekening akkoord ben
gegaan en de joodse instellingen c.q. mijn voogd en toeziend voogd
décharge heb verleend.
Ook wil ik graag informatie over wat er met de Jokos-uitkering is
gebeurd die eind jaren vijftig/begin jaren zestig door de Duitse
overheid voor de gestolen huisraad van mijn ouders is gedaan en van
andere familieleden, en waar ik als erfgenaam recht op had. Ik heb
begrepen dat u ook deze dossiers beheert, en daarvoor nog steeds
financieel aansprakelijk bent, net als voor de financiële erfenis van de
joodse voogdij-instellingen.
Tevens ontvang ik graag nadere gegevens over de mogelijkheid om een
claim in te dienen voor niet uitbetaalde tegoeden. Waar kan ik deze
indienen, aan welke criteria toetst u deze, en wat zijn de
beroepsmogelijkheden?
Ik stuur dit verzoek tevens door aan een of meerdere van de organisaties of
particulieren die zich voor de belangen van de oorlogswezen inspannen,
en door wie ik mij vertegenwoordigt weet.
Met dank voor de te nemen moeite en vriendelijke groet,